Onlangs is de nieuwe richtlijn POOS gepubliceerd. Samen met een collega ga je aan de slag om de aanbevelingen uit de richtlijn te vertalen naar een protocol voor jouw organisatie. Je collega’s nemen jullie mee door hen te informeren over de richtlijn en door de vragen en knelpunten bij het gebruiken van de nieuwe richtlijn regelmatig in de teamoverleggen te bespreken.
Er wordt een richtlijn/protocol opgesteld hoe de zorg rondom een cliënt met het syndroom van Down wordt geregeld, waarbij je als orthoptist betrokken bent. Je hebt twee derde van alle georganiseerde bijeenkomsten actief bijgewoond. Daardoor heb je recht op 13 punten.
Je voegt een aantal zaken toe aan je digitaal portfolio:
Wanneer kun je denken aan het uitvoeren van de ontwikkelcyclus:
In een vakblad lees je een stuk over lange termijn resultaten van scheelziensoperaties voor intermitterende exotropie. Dit spreekt je aan en je gaat op zoek naar wetenschappelijke artikelen over dit onderwerp. Op PubMed tref je een Randomised Controlled Trial (RCT) aan over dit onderwerp. Het lijkt je zinvol dit te bespreken in je overleggroep. Je vult als reviewer de checklist in voor het beoordelen van wetenschappelijke publicaties. Je stuurt het artikel en minimaal twee discussiepunten door naar alle groepsleden.
Bespreek je tijdens het regio-overleg casuïstiek volgens de intervisie of casuïstiek methode, dan kun je de notulen van het regio-overleg uploaden onder deze activiteit, waarbij geldt 1 uur casuïstiek bespreking is 1 punt. De tijd volgt ook uit de notulen.
Het format voor de notulen van het regio-overleg is beschikbaar via de ledenwebsite van de NVVO.
NB: In geval van bij- en nascholing of journal club tijdens het regio-overleg, upload deze dan onder de betreffende activiteit.
Voorbeelden van orthoptische bij- en nascholing zijn:
Voorbeelden van internationale scholingen zijn:
Je bent orthoptist en werkt in heel 2025 en 2026 16 uur per week bij werkgever A. Daarna neem je een sabbatical van een jaar. Vervolgens werk je van juli tot en met december 2028 8 uur per week bij werkgever B. In 2029 werk je 8 uur per week bij werkgever B en 10 uur per week bij werkgever C. Je hebt per jaar 4 weken vakantie en bent gemiddeld 1 week per jaar ziek.
Analyse:
Huidtherapeut A werkt in loondienst bij een vrijgevestigde praktijk. De praktijk waar zij/hij werkzaam is, krijgt steeds vaker vragen over een behandeling die zij nog niet uitvoert. De huidtherapeut vindt dat een interessant aandachtgebied binnen het vakgebied en wil zich hier graag verder in bekwamen. Zij/hij heeft al een cursus gevolgd over het onderwerp, maar heeft behoefte aan verdieping.
