Johan Werkhoven is Inspecteur Eerstelijnszorg bij de Inspectie Gezondheidszorg & Jeugd (IGJ). In april 2021 maakte hij de overstap naar deze functie bij de overheid. Maar zijn roots? Die liggen in de paramedische wereld, namelijk bij de fysiotherapie. Zijn doel is al die tijd gelijk gebleven: zo veel mogelijk impact maken op de kwaliteit van zorg. In dit interview vertelt hij over de manier waarop de IGJ daaraan bijdraagt en hoe de inspectie samenwerkt met paramedici.
Samen voor betere zorg
Voor de inspectie is het belangrijk om op de hoogte te zijn van wat er speelt in het veld. We volgen ontwikkelingen en actualiteiten, en bepalen zo waar toezicht nodig en zinvol is. Daarom gaan we regelmatig in gesprek met beroepsverenigingen en uitvoerende organisaties, zoals de stichting Kwaliteitsregister Paramedici (KP).
Als inspectie maken wij zelf geen normen, richtlijnen en wetten, wij zijn er om erop toe te zien dat zorgverleners zich aan bestaande wet- en regelgeving houden. Maar als we zien dat iets niet goed gaat, dan kunnen we dat wel aankaarten bij de betrokken partijen. Zien we bijvoorbeeld dat er niet genoeg ontwikkeling is op het gebied van samenwerking, dan geven we dat als aandachtspunt aan de beroepsverenigingen.
De IGJ, zorgverleners en verenigingen hebben één doel: kwalitatief goede zorg van de professional. Paramedici brengen dat in de praktijk. Zij zijn ontzettend gedreven en zetten elke dag hun expertise in om de gezondheid van miljoenen Nederlanders te behouden of te verbeteren. Hun kracht zit ook in preventief of in een vroeg stadium optreden om ergere klachten in de toekomst te voorkomen. Zij zorgen dat patiënten langer gezond kunnen leven en hopelijk pas laat of helemaal niet naar de huisarts of medisch specialist hoeven gaan. Daardoor vangen paramedici veel op voor andere zorgverleners en dat verdient waardering.
IGJ in de praktijk
Als inspecteur ben ik veel in contact met zorgverleners. Gemiddeld voer ik eens per week een gesprek of ga ik op bezoek bij een zorgverlener. Daardoor zie ik veel van de zorg, ik kom overal, van Goes tot Groningen. Daarnaast heb ik binnen de IGJ ook nog andere taken, bijvoorbeeld met betrekking tot de ontwikkeling van toezicht.
Ik werk voor een groot deel op basis van meldingen binnen de eerstelijnszorg die ik van begin tot eind in behandeling heb. Het begint vaak achter de computer. Als ik een melding krijg toegewezen, ben ik degene die het dossier opbouwt, de informatie opvraagt, de gesprekken voert, het rapport schrijft en bepaalt of en welke maatregelen nodig zijn. Op basis van dit onderzoek naar de melding kunnen we beoordelen hoe groot de risico’s voor de patiëntveiligheid en de kwaliteit van de zorg zijn. Die risicobeoordeling bepaalt wat wij met de melding doen. In principe bouwen we ons toezicht op in zwaarte. We beginnen met het lichtste middel, namelijk telefonisch contact voor meer informatie. Het zwaarste middel is een onaangekondigd bezoek, maar dat doen we alleen als we vermoeden dat we op een andere manier niet duidelijk kunnen krijgen wat er speelt.
Aan dezelfde kant
Vaak reageren paramedici in eerste instantie wat terughoudend als wij contact met hen opnemen. Meestal doen we dat naar aanleiding van een melding, wat niet positief is, want vaak is er dan helaas iets niet goed gegaan bij de zorgverlening. Het komt zelden voor dat we meteen bij hen op de stoep staan of maatregelen opleggen. Het vertrekpunt van de IGJ is vertrouwen in de zorgprofessional, die weet wat goed is voor de patiënt. We kijken samen wat er beter kan en wat daarvoor nodig is. Zo bereiken we ons gezamenlijke doel: kwalitatief goede zorg voor de patiënt. Dat wil jij als zorgverlener natuurlijk ook. We staan aan dezelfde kant.
We weten dat het niet leuk is als er een melding komt. Maar als we in ons eerste contact al merken dat een zorgverlener gemotiveerd is om het beter te doen of al maatregelen neemt om de situatie waar de melding over gaat in de toekomst te voorkomen, dan helpt dat. Dan zien we dat men intrinsiek gemotiveerd is en zelf nadenkt over verbetering, die houding zien we graag. Vertelt een zorgverlener ons open over het voorval, de stappen die zijn gezet en hoe er met de patiënt is gecommuniceerd, dan is ons werk soms snel klaar. Dat is ons uitgangspunt; dat zorgverleners fouten zelf oplossen, dat werkt beter dan wanneer wij als inspectie dat afdwingen.
De professionele status van zorgverleners
Idealiter krijgen paramedici nooit iets met ons te maken, gewoon omdat er nooit een melding over hen is gedaan. Maar indirect heeft iedereen met ons te maken, want alle paramedici vallen binnen ons werkveld. Sterker nog, iedereen die zorg verleent valt onder de IGJ, ook mensen die dit zonder de benodigde opleiding doen. We houden namelijk ook toezicht op juist gebruik van de opleidingstitel. Als iemand zich logopedist noemt, dat moet je ervan uit kunnen gaan dat die persoon ook de juiste opleiding heeft behaald. Een titel beschermt patiënten en waarborgt deskundigheid. Bij twijfel onderzoeken wij de situatie en nemen we, indien nodig, passende maatregelen. Soms is het een kwestie van onwetendheid. Bijvoorbeeld iemand die in opleiding is tot ergotherapeut en assisteert bij een praktijk, mag zich geen ‘ergotherapeut in opleiding’ of iets dergelijks noemen. Er mag geen verwarring bestaan over de functie van een zorgverlener, dus mag men ook geen verbastering van de titel gebruiken.
Het is niet altijd makkelijk om erachter te komen welke beroepstitel of opleidingstitel iemand mag gebruiken. Fysiotherapeuten staan in het BIG-register, vallen onder het tuchtrecht en hebben een beschermde beroepstitel. Andere paramedische beroepen staan niet in het BIG-register, vallen niet onder het tuchtrecht en hebben een beschermde opleidingstitel. Daarom is het goed dat er organisaties zoals de stichting KP zijn. Hun diplomaverificatie en -check zorgt ervoor dat zichtbaar is dat iemand de juiste opleiding heeft gevolgd en een bepaalde titel mag gebruiken. In het kwaliteitsregister staan, zoals KP vaststelt, paramedici die naast het juiste diploma, voldoende werkervaring hebben en blijven werken aan hun deskundigheid. Hierdoor is er inzicht in de professionele status van zorgverleners. KP streeft net als IGJ naar een hoge kwaliteit van de professional in de zorg. Zorginstellingen hebben hierin ook een rol. Zij controleren of zorgverleners geschikt zijn tot het verlenen van zorg, bijvoorbeeld door een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) op te vragen, het KP-register te raadplegen of navraag te doen bij ons. Zo voldoen zij aan de wettelijke ‘vergewisplicht’.
Als paramedicus werk je in een hele waardevolle zorgsector die altijd in beweging is. Wil je op de hoogte blijven van wetten en regelgeving? Dan kun je daarvoor terecht op de website van de IGJ. Bij vragen mag je ook altijd contact met ons opnemen.