VOORBEELDEN: Collegiale consultatie

Loondienst

Huidtherapeut A werkt in loondienst bij een vrijgevestigde praktijk. De praktijk waar zij/hij werkzaam is, krijgt steeds vaker vragen over een behandeling die zij nog niet uitvoert. De huidtherapeut vindt dat een interessant aandachtgebied binnen het vakgebied en wil zich hier graag verder in bekwamen. Zij/hij heeft al een cursus gevolgd over het onderwerp, maar heeft behoefte aan verdieping. Daarom vraagt ze huidtherapeut B, die ruime ervaring heeft met dit onderwerp, om haar te begeleiden bij de activiteit ‘collegiale consultatie’. Voorafgaand aan het consultatietraject maken beide afspraken en leggen dit vast in het consultatieplan, met daarin:

  • de aanleiding voor de collegiale consultatie;
  • de doelen van de consultatie;
  • de wijze van consultatie;
  • de tijdinvestering.

Huidtherapeut A wordt uiteindelijk in 10 uren gecoacht volgens de gemaakte afspraken. Hierbij loopt huidtherapeut A 2 dagdelen mee met huidtherapeut B. Ervaringen, kennis en alternatieven worden gedeeld. Daarna brengt huidtherapeut B een dagdeel bezoek aan huidtherapeut A, waarbij huidtherapeut A (opbouwende) feedback op haar handelen krijgt. Na afloop wordt het traject geëvalueerd en wordt het evaluatieverslag door beiden ondertekend. Dit evaluatieverslag wordt toegevoegd aan het portfolio. Zowel consultvrager (huidtherapeut A) als consultgever (huidtherapeut B) ontvangen 10 punten voor het gehele traject.

Praktijkhouder

Een praktijk is de afgelopen jaren hard gegroeid. Er werken nu zes medewerkers. De praktijkhouder merkt dat het verloop het afgelopen jaar toeneemt. De praktijkhouder heeft de behoefte om te groeien in haar/zijn rol als manager van een team van huidtherapeuten. Zij/hij wil graag leren hoe de medewerkers beter kan geboeid en gebonden kunnen blijven zodat het verloop in het team afneemt. De praktijkhouder vraagt een collega praktijkhouder om haar/hem te begeleiden. Voorafgaand aan het consultatietraject maken beide afspraken en leggen dit vast in het consultatieplan. Voorwaarde is dat het traject gericht is op het bevorderen van de eigen deskundigheid. Bovengenoemd voorbeeld sluit o.a. aan bij de competentie ‘organisatie’ of de Canmeds-rol ‘ondernemer’ uit het opleidingsprofiel.