'Ik heb het leukste vak ter wereld'

Yolanda
Oefentherapeut

Toen ik op de middelbare school zat, kwam ik door een beroepenvoorlichting voor het eerst in aanraking met het vak oefentherapie. Er werd verteld over verschillende beroepen en welke vakkenpakketten je daarvoor nodig had. Ik maakte een selectie en ben me in oefentherapie gaan verdiepen. Wat het vak werkelijk inhield wist ik niet. Daar kwam ik in de loop van de opleiding achter. Ik vond tijdens de opleiding alles enorm boeiend wat het lichaam aangaat en nu nog steeds. Tijdens mijn stages ging ik pas écht begrijpen wat het vak inhoudt. Ik merkte al snel dat ik oefentherapie een heel mooi vak vond. Ik ben nu alweer 36 jaar oefentherapeut en ik heb het leukste vak ter wereld. Ik ga elke dag met plezier naar mijn werk.

Met oefentherapie word je bewust van jouw gedrag

Een oefentherapeut -voorheen Mensendieck/Cesar-, richt zich op het veranderen van het houdings- en beweeggedrag. Met oefentherapie word je bewust van jouw gedrag en het geeft je inzicht hoe dit gedrag kan leiden tot het ontstaan van allerlei klachten. Ook leer je hoe je deze klachten kunt voorkomen en verminderen. Het doel van oefentherapie is om het houding- en beweeggedrag van iemand zo optimaal mogelijk te maken en dit ook op de lange termijn te behouden. Zowel  kwalitatief als kwantitatief dus. Een oefentherapeut zal een cliënt stimuleren het geleerde tijdens dagelijkse handelingen toe te blijven passen. Het bereiken van een blijvende gedragsverandering in beweging en het motorische leerproces wat daarvoor nodig is, zijn voor de oefentherapeut belangrijke processen binnen de therapie.

Verschuiving in het soort klachten

Ik heb door de tijd een verschuiving gezien in het soort klachten die ik behandel als oefentherapeut. Toen ik ging werken in 1986 zag ik veel mensen met spierklachten en rugklachten, vooral voortkomend uit een verkeerd beweegpatroon. Tegenwoordig zie ik veel stress-gerelateerde klachten, zoals mensen met hyperventilatie en spanningsklachten. Ik ben me daarom gaan specialiseren in slaapoefentherapie. In de COVID-periode zag je dat mensen vaak slaapproblemen ontwikkelden. Dit is een interessant werkgebied waarbij ik zowel met baby’s van drie maanden werk, als met oudere mensen.

Dit had ik jaren eerder moeten doen

Hoewel oefentherapeuten vrij bekend zijn, zijn we vaak niet de eerste keuze bij klachten. Wanneer mensen bij mij in behandeling komen hebben ze vaak al andere therapieën gevolgd. Vaak is dan hun reactie ‘Dit had ik jaren eerder moeten doen, want nu weet ik hoe ik er zélf mee om kan gaan’. Het is natuurlijk leuk om deze bevestiging te krijgen, maar het is vooral belangrijk dat mensen niet alleen leren hoe ze met déze klacht kunnen omgaan, maar ook met eventuele toekomstige klachten.
 

Zelf invloed op klachten

Het motiveren van mensen om hun gedrag te veranderen is één van de leukste kanten, maar meteen ook de moeilijkste kant van m’n vak. In de loop van de jaren is mij dat steeds beter gelukt. Dat doe ik door mensen meer inzicht te geven in hoe het lichaam werkt en hoe zij zelf invloed kunnen hebben op hun klachten. Dat motiveert mensen enorm en ze beseffen ‘Ik kan op een behandelbank liggen en me laten masseren, maar ik kan ook kijken wat ik zélf kan doen om mijn klachten te verminderen’. Daarbij is het belangrijk om niet perfect te willen bewegen, want daardoor word je heel kwetsbaar. Het gaat erom dat je -wanneer je een ‘verkeerde’ houding aanneemt-, de signalen van je lichaam kunt herkennen zodat je je houding kunt aanpassen.

Image
KP_oefentherapaut_verhaal_yolanda_behandeling

Je kunt lichaam en geest niet scheiden

Het leukste aan mijn vak vind ik het contact met mensen, want iedereen neemt zijn of haar eigen verhaal mee. Wat ik interessant vind is de ‘puzzel’ die bij iedere cliënt opgelost dient te worden. Dit geldt vooral voor slaapproblemen. Wat je heel vaak ziet, is dat -wanneer iemand bijvoorbeeld al jaren slecht slaapt door rugklachten- er vaak ook andere problemen spelen, privé of op het werk. Je kunt lichaam en geest niet scheiden; als je veel spanning hebt, kan er in het lichaam ook spanning ontstaan op zwakke plekken. Het is belangrijk om daarbij stil te staan. Ik ben geen psycholoog, maar ik kan mensen wel laten inzien dat de psyche een grote rol kan spelen bij hun klachten.

Grip op wat er speelt

Hoewel ik veel mensenkennis heb opgedaan door de jaren, is het soms ook moeilijk om grip te krijgen op wat er speelt. Bijvoorbeeld als mensen het te moeilijk vinden om hun problemen te delen. Mensen hoeven niet te vertellen wat er speelt, maar als ze dat wel doen kan ik ze beter helpen. Ik hoop dat mensen zichzelf een lichter leven gunnen en dat ze met hun problemen aan de slag willen gaan.

Het gaat om het streven naar een zo hoog mogelijke kwaliteit van zorg

Ik vind het belangrijk dat zorg op de lange termijn gericht is en minder op het verminderen van de klachten korte termijn. Het gaat om het streven naar een zo hoog mogelijke kwaliteit van zorg. Het KP is hier een belangrijk instrument in. Het is wel goed om je te realiseren dat dit niet alles zegt. Het vergaren van theoretische kennis, het bespreken van casussen met collega’s en het begeleiden van een stagiaire houdt je scherp maar zegt niet iets over hoe je mensen behandelt. Het is moeilijk om te toetsen hoe je met mensen omgaat, hoe je ze behandelt en hoe je nazorg is. Daar zou nóg meer controle op kunnen en moeten zijn.

Bijhouden van scholingen

Voor mijn kwaliteitsregistratie vind ik het soms lastig om al mij bijscholingen bij te houden in mijn digitaal portfolio, dus het is fijn dat geaccrediteerde scholingen automatisch worden toegevoegd. Het is wel ontzettend belangrijk om het goed bij te houden, want anders krijg je in één keer bij je herregistratie een golf aan activiteiten over je heen die je moet toevoegen.

Ik wil gewoon de beste zijn

Ik heb een sterke intrinsieke motivatie om goede zorg te leveren en ik wil gewoon de beste zijn. Daar heb ik een kwaliteitsregistratie niet voor nodig. Een kwaliteitsregistratie zorgt er wél voor dat je je bijscholingen en activiteiten zoals Intercollegiaal overleg goed bijhoudt. Dat deze vorm van controle er is, vind ik erg goed. Cliënten zijn van jou als paramedicus afhankelijk en kijken tegen je op, het is belangrijk dat je je bewust bent van deze verantwoordelijkheid.